Steun voor verenigingsleven in Coronatijden in KBC Economische Opinies
Verenigingsleven verdient steun in moeilijke Coronatijden
Johan Van Gompel in KBC Economische Opinies
De impact van de coronacrisis laat zich ook sterk voelen in het Belgische verenigingsleven. Heel wat activiteiten konden en kunnen nog altijd niet plaatsvinden en dat heeft voor de verenigingen vaak zware operationele en financiële gevolgen. Verenigingen zijn traditioneel een belangrijke steunpilaar voor het maatschappelijke en ook economische weefsel. Daarom verdienen zij de nodige overheidssteun om op korte termijn het hoofd boven water te houden. De coronacrisis vereist van verenigingen en hun koepels evenwel dat ook zij zelf nadenken over hoe ze zich meer weerbaar en future proof kunnen maken. Dat impliceert onder meer de zoektocht naar alternatieve, haalbare verdienmodellen.
Covid-19 hakt sinds maart zwaar in op het sociaaleconomische leven. De aandacht gaat daarbij in eerste instantie naar de impact van de crisis op de economische activiteit en op specifiek getroffen sectoren (horeca, evenementen,...) en groepen in de samenleving (mensen die hun job verliezen, kinderen die leerachterstand dreigen op te lopen,...). De coronacrisis heeft ruimer gezien evenwel ook grote impact op de manier waarop burgers met elkaar (kunnen) omgaan in de publieke ruimte (de civil society). Naast de relaties met de brede familie en vrienden, gaat het hier om een veelheid aan verenigingen die vaak een belangrijke sociaaleconomische rol vervullen.
Sterk uitgebouwd verenigingsleven
België is steeds rijk geweest aan een bloeiend verenigingsleven. Cijfers voor het ganse land zijn niet beschikbaar. Uit de jaarlijkse SCV-survey (Sociaal-Culturele Verschuivingen) in Vlaanderen blijkt dat de participatie en het engagement in verenigingen vrij stabiel blijft doorheen de tijd. De voorbije 15 jaar was ruim de helft van de Vlamingen op leeftijd 18-75 jaar actief lid van een vereniging, een kwart van minstens twee verenigingen. In totaal zijn er in Vlaanderen meer dan 45.000 geregistreerde verenigingen. Iets meer dan de helft zijn sportclubs (een kwart van de bevolking is daar lid van), ruim een kwart zijn sociaal- culturele of ontspanningsverenigingen (zoals hobby-, kunst-, natuurverenigingen, serviceclubs of doelgroepenverenigingen voor gepensioneerden, vrouwen, ouders, buurten,...). De bijna 2.500 lokale jeugdbewegingen in Vlaanderen (chiro, scouts, KSA, KLJ,...) vormen een specifieke grote groep met in totaal ruim 250.000 leden.
Een gezond sociaaleconomisch weefsel heeft een sterk verenigingsleven nodig. Volgens sociologisch en economisch onderzoek zijn er drie belangrijke positieve invloeden. Ten eerste bestaat er een verband tussen een robuust verenigingsleven en een goed functionerende democratie, doordat sociale cohesie en maatschappelijk engagement en vertrouwen erdoor worden gestimuleerd. Lid zijn van een vereniging zorgt ervoor dat mensen minder individualistisch en etnocentrisch zijn ingesteld. Dat voedt verdraagzaamheid en wederzijdse steun in de samenleving en creëert gezamenlijke waarden en normen. Ten tweede blijkt dat mensen die actief zijn in een vereniging positiever staan in het leven en meer tevreden zijn over hun vrije tijd. Dat komt door de sociale voordelen in de vorm van zingeving, psychisch welbevinden, gezelligheid en betrokkenheid. Verenigingen zijn daarom een goed medicijn tegen problemen als vereenzaming of depressies.
Ten derde hebben verenigingen naast hun maatschappelijk belang ook een belangrijke plaats in en invloed op het economische leven. Als onderdeel van de non-profitsector en sociale economie stellen zij heel wat mensen tewerk, vooral onder de vorm van vzw’s. Volgens de Koning Boudewijnstichting hadden 10.688 verenigingen in België eind 2017 bijna 330.000 loontrekkenden in dienst. Uit een studie van de stichting uit 2005 blijkt dat de economische toegevoegde waarde van het verenigingsleven in België vergelijkbaar zou zijn met die van de bouwsector. Los van de directe impact blijkt ook het sociale kapitaal waarvoor het verenigingsleven zorgt een voorname factor te zijn voor economische groei. Sociaal kapitaal werkt immers efficiëntieverhogend door het grotere vertrouwen, het bestaan van netwerken en de betere communicatie en verspreiding van informatie.
Financiële problemen
Door de coronacrisis is ook een groot deel van het verenigingsleven in België stilgevallen. Agenda’s vol met activiteiten werden met de grove borstel leeggemaakt. Ongetwijfeld komen vele verenigingen hierdoor financieel in moeilijk vaarwater terecht. Veel verenigingen halen hun inkomsten, naast lidgelden, overheidssubsidies en giften, uit commerciële of andere activiteiten (drankverkoop, kwisavonden, huis-aan-huis-verkopen, fuiven, optredens en dergelijke) en zien die nu als sneeuw voor de zon verdwijnen. Ook hun sponsoring door bedrijven zal mogelijk verminderen omdat die hun financiële prioriteiten nu elders moeten leggen.
Uit een periodieke peiling van Ipsos en Idea Consult blijkt dat de voorbije jaren reeds één à twee op tien verenigingen met financiële problemen te kampen hadden. Slechts een kwart zou een buffer hebben om het langer dan zes maanden vol te houden als de courante inkomsten plots zouden wegvallen. Eén op drie heeft helemaal geen financiële reserves. De huidige crisis dreigt nu voor veel verenigingen de doodsteek te betekenen. Sinds de hervorming van het vennootschapsrecht worden ook vzw’s aanzien als ondernemingen. Het voordeel is dat zij hierdoor een beroep kunnen doen op reddingsboeien die een insolventieprocedure biedt. Het slechte nieuws is dat zij voortaan ook failliet kunnen worden verklaard.
Steun en ook zichzelf future proof maken
De maatregelen van federale en regionale overheden om de gevolgen van Covid-19 op te vangen, gingen grotendeels aan de verenigingen voorbij. De Vlaamse regering stelde de steden en gemeenten wel éénmalig 87,3 miljoen euro ter beschikking om sport-, jeugd- en culturele verenigingen te ondersteunen. Die middelen kunnen de lokale overheden vrij naar keuze inzetten en zijn belangrijk om tijdelijk en op ad hoc-basis activiteiten van verenigingen extra zuurstof te geven (bijv. de kwijtschelding van de huur van sport- en vrijetijdsinfrastructuur). Om een duurzame werking te garanderen en perspectief te bieden op langere termijn is meer nodig. De relanceplannen die de overheden op poten zullen zetten om de gevolgen van de coronacrisis op te vangen, mogen het verenigingsleven niet over het hoofd zien. Gezien de sterke band met de horeca en culturele sector zal elke ondersteuning van het verenigingsleven overigens ook die zwaar getroffen economische sectoren indirect steun bieden.
Elke verdere steun wordt bij voorkeur vanop het lokale niveau gestuurd en mag gerust conditioneel zijn opdat zij maximaal zou renderen (bijv. werven nieuwe leden, zich openstellen voor kwetsbare groepen,...). Verenigingen mogen anderzijds ook niet te eenzijdig afhankelijk worden van de goodwill en steun van de overheid om hun werking op korte en langere termijn te garanderen. Belangrijk is dat verenigingen en hun bovenlokale koepels ook zelf goed nadenken over hoe ze zich optimaal organiseren en financieren. De coronacrisis stelt de uitdaging voor verenigingen om zichzelf weerbaar en future proof te maken op scherp. Dat vereist onder meer een zoektocht naar alternatieve, haalbare verdienmodellen. Een mooi voorbeeld in dat verband is het platform Trooper, een start-up ontstaan binnen de community Startit@KBC. Het principe daarvan is eenvoudig: telkens je via Trooper online koopt, vloeit er zo’n 5% van het aankoopbedrag naar een vereniging naar keuze, zonder dat het de koper iets kost. De voorbije drie jaar ging er via Trooperr al meer 2 miljoen euro naar zo’n 6.800 aangesloten verenigingen.
Het is erg belangrijk dat verenigingen ook in de toekomst hun maatschappelijke rol kunnen blijven spelen. Mensen met mensen in contact laten komen is een van de mooiste dingen in het leven. Het sociaal kapitaal dat ermee wordt opgebouwd is niet alleen bevorderlijk voor de cohesie in de samenleving maar legt ook mee de basis voor een sterke, duurzame economie.
Johan Van Gompel
johan.vangompel@kbc.be